Een jongen met veel fantasie, 24 uur op 24 chaos in zijn hoofd en … Dat is Pieter Verelst.” Bijna verontschuldigd deelt Verelst zijn zwakheden en dromen met het publiek. Soms hilarisch, soms ontroerend is deze existentiële zoektocht.
‘Ten Aarzel’, zijn derde voorstelling, gaat van start met een mooi, verrassend en enigszins absurd lied over een goudvis. Drie typerende kenmerken voor de zaalshows van de Vlaamse cabaretier. Door die drie zaken op spannende wijze én gedoseerd te combineren leverde dit hem – absoluut terecht – bijzonder lovende kritieken op bij zijn twee vorige voorstellingen ‘Mijn broer en ik’ en ‘Amai’. Een balans die bij deze derde soloshow eerder zoek is. Het deed me verlangen naar nog meer muzikale intermezzo’s van Verelst. Geef de man een piano en je hangt aan z’n lippen.
Verelst gaat verder met een knappe dialoog waarin hij zowel in de huid van zichzelf als in die van z’n stervende oma kruipt. De oma deelt meteen extra info over haar kleinzoon, over hoe ze hem toch alles kon wijsmaken, tot jongleren met paarden toe. Op het einde van deze gebalanceerd hyperkinetische uitwisseling – “Ik ben er nog steeds!” – geeft oma hem nog één wijze raad mee: “Volg je dromen.”
De missie van Verelst is, vanaf dan, om met een spectaculaire paardenact, als ‘Pitalski’, bij Cirque du Soleil binnen te geraken. “Wij willen Pitalski! Wij willen Pitalski!” Allerlei zijwegen ontspruiten zich aan dit kaderverhaal met een grote rol voor het paard dat hij via AliExpress heeft besteld in de hoop er een act mee te kunnen doen. Verelst heeft het onder andere over zijn eerste kennismaking met ponyrijden en de liefde voor een zekere Esmeralda die hij hieraan overhield. Het zorgt voor nog een hilarisch en ontroerend moment in de vorm van een liefdesbrief die hij later aan haar schreef. Absurder wordt het wanneer hij ook zijn paard aan het woord laat: “Ik ben helemaal geen circuspaard, maar wel een aaipaard. Gemaakt om door een vadsig kind met gedragsproblemen geroskamd te worden.” Een héérlijke scène.
Verelst toont zich in deze voorstelling opnieuw als een veelzijdige performer. Hij kan een zaal moeiteloos laten bulderlachen met eenvoudige kindertekstjes die hij ooit schreef en seconden later ontroeren op (duim)piano. Wanneer hij in het niets uitbeeldt hoe hij het paard borstelt (en bij uitbreiding om zich heen slingert), lijk je een écht paard te zien.
Toch ontbreekt er iets aan ‘Ten Aarzel’. Verelst omarmt de chaos in zijn hoofd iets te hard in deze voorstelling die daardoor ruim de meest chaotische is van de drie. De humor gaat alle kanten op: van taalhumor (in een iets te lange samenwerking met het publiek over de uitspraak van het woord ‘kip’ als ‘kiejep’), slapstick (wanneer hij ondersteboven in een koelkast hangt te bengelen) tot een overdaad aan absurditeit. Verelst lijkt de weg kwijt te geraken in de vertelling, waardoor je als publiek hier ook nooit volledig in mee kunt gaan en de spanningsboog af en toe ineenstuikt.
‘Ten Aarzel’ balanceert tussen nostalgie, nood aan bevestiging en allesomvattende liefde enerzijds en platvloerse kolder over hoeveel drumstokjes je in je anus kan steken anderzijds. Pieter Verelst toont meerdere geniale flitsen, maar beschikt in ‘Ten Aarzel’ over te weinig goed, echt origineel materiaal om anderhalf uur lang constant te boeien. Het is ook absoluut geen schande om na twee briljante zaalshows er één af te leveren waarin hij zich enigszins vergaloppeert. Het talent is er overduidelijk bij de juryprijswinnaar van het prestigieuze Cameretten Festival. Dat heeft geen bevestiging nodig.
Info en tickets: www.pieterverelst.be
Gezien op donderdag 2 februari 2023 in Stadsschouwburg Mechelen.