Met het openingsprogramma van het 50-jarig jubilerende Introdans laat deze groep zien dat dans de taal is van de wereld. De twee choreografieën die we te zien krijgen zijn niet alleen wonderschoon, ze laten ons proeven aan verschillende culturen en gevoelens die diepe indruk achterlaten.
Het eerste ballet "In Memoriam" uit 2004 van Sidi Larbi Cherkaoui bezit zoveel lagen. Cherkaoui, een Belg met Marokkaanse roots, neemt ons mee naar zijn familiegeschiedenis waarin afscheid, verdriet, liefde, traditie en overlevingsdrang de voeding is. Het zijn ingrediënten die leiden naar een integer en gelukzalig makende finale die voor mij een van de hoogtepunten in de balletgeschiedenis is. De muziek die live wordt gezongen door Corsicaanse zangers is aangrijpend en invoelend. Ook omdat de groep mannen aan de zijkant op het toneel staat. Ze zingen in het Arabisch. De danstaal is heel aards, veel grondwerk en gekromde en holle ruggen. Zowel de mannen als de vrouwen dragen lange rokken. Het duet waar de man de overleden vrouw wil terughalen gaat over in een solo.
Een prachtig middenstuk is als de dansers in patronen als draaiende Derwisjen dansen. Hypnotiserend en tegelijkertijd sereen door de kolkende rokken. Het duet van een man en vrouw waar de vrouw onderdrukt en mishandeld wordt eindigt als de vrouw (Alexis Geddis) zich weert en het heft in eigen handen neemt. Ze trekt haar lange rok uit als symbool van bevrijding. Ze begint een nieuwe relatie die gelijkwaardig is. Het contrast in beweging van beide duetten is adembenemend. Dat eindigt weer in een prachtige mannensolo, krachtig gedanst door Guiseppe Calabrese
In de finale begint de vrouw een bewegingsritme op spitzen waarbij ze haar armen beweegt als een soort van meditatieve rite. Al gauw komen daar steeds meer dansers bij die dezelfde bewegingen nadoen. Betoverend alsof het gevecht en verdriet samenkomen in begrip en berusting. Na dit alles krijgt de groep al terecht een staande ovatie.
Het tweede ballet is van een heel andere orde. Het ballet Cantate van de Italiaanse choreograaf Mauro Bigonzetti is rauw, wild en vol passie. Vier vrouwelijke zangeressen zingen oude Italiaanse volksliederen Het openingsbeeld, waar de groep samen op het toneel met de zangeressen die het openingslied zingen, is al gelijk pakkend. Alsof ze zo van het Italiaanse platteland komen. Het gaat er wild aan toe. De mannen zowel als de vrouwen versieren en laten zichzelf versieren. Vaak ontstaan er dansen waarbij de andere dansers aan de zijkant, of om de dans heen staan. Ze reageren en praten met elkaar, wat een vrijheid in beweging. Folkloristisch gemengd met veel zwiepende benen, draaiende armen en mooie patronen. Hoge sprongen, gewoon aan het publiek en aan hun eigen groep laten zien wat je allemaal kan. Er ontstaat een energie waar je bijna niet op je stoel kan blijven zitten. Het einde als het applaus al komt is weer als het begin. Even gaat het licht uit en als het licht weer aangaat staan de dansers en zangers weer op een kluit op het achtertoneel net als in het begin. Ze zingen uit volle borst weer een Italiaans lied waarbij je je even ergens in de heuvels van Italië waant.
Een avond die zowel voor de kenner als voor degene die niet zo vaak naar dans gaat, een perfecte avond uit is. Dat is eigenlijk zo belangrijk in een land als Nederland waar moderne dans op zo'n hoog niveau staat.
Nog te zien door het hele land Tot en met December. Kijk voor meer informatie en kaarten op www.introdans.nl
Gezien 30-09-2021, Stadsschouwburg in Haarlem