Warning: file_get_contents(/home/vhosts/theaterparadijs.nl/httpdocs/templates/system/css/system.css): Failed to open stream: No such file or directory in /home/vhosts/theaterparadijs.nl/httpdocs/plugins/system/route66pagespeed/lib/css.php on line 53
Column Mandy Heidstra: MORGEN WORDT VANDAAG BEDACHT II

Column Mandy Heidstra: MORGEN WORDT VANDAAG BEDACHT II

Mandy Heidstra (33) werkt als ZZP’er in het theater, aan de organisatiekant. Haar partner Joep werkt ook in het theater, aan de technische kant. Mandy werkte onder meer mee aan Disney’s The Little Mermaid, Cirque Stiletto 2 & 3 en Holiday on Ice’s jubileumvoorstelling SHOWTIME. Volgens Mandy is theater een microkosmos, waar alles uit de gewone wereld op kleine schaal plaatsvindt. Ze schrijft tweewekelijks voor ons over wat zij haar gewone leven in een ongewone sector noemt.

200607   Morgen wordt vandaag bedacht 2

De vliegtuigbranche en de culturele industrie zijn nog nooit zo vaak met elkaar vergeleken als in de laatste paar weken. Eerst natuurlijk vanwege het verschil in staatssteun voor één bedrijf versus één hele industrie. Vervolgens ook omdat men in vliegtuigen wel op elkaar mag zitten om op vakantie te gaan, maar in een theater anderhalve meter nog niet eens mag. In beide gevallen lijkt de culturele sector te lijden te hebben onder het politieke beeld dat de KLM van vitaal belang is, maar de culturele sector alleen maar een hobby.

Hoe hardgrondig ik het ook met die uitspraak oneens ben, het is wel zo dat in onze sector zakelijkheid nogal eens als laatste in het belangenrijtje komt te staan. Dat heeft te maken met de passie voor het werk, de bevlogenheid waarmee we het willen delen met anderen en de overtuiging dat de waarde van cultuur in veel meer ligt dan alleen in de financiën. En net als met de meeste eigenschappen is de grootste kracht ook de grootste zwakte. Want die bevlogenheid en passie kan gemakkelijk anders worden geïnterpreteerd.

Willen we dat we net zo serieus genomen worden als sector als bijvoorbeeld de luchtvaart, dan zullen we het beeld in ons voordeel moeten omkeren. Daarin kunnen we juist wat leren van de vliegtuigbranche. Enkele jaren geleden was in hun sector veel gedoe over ticketprijzen. Er werd gestunt met lage prijzen en wanneer je dan ging boeken kwamen er allemaal toeslagen bij en moest je uiteindelijk veel meer afrekenen. Dat mocht niet meer; de af te rekenen prijs moest bij voorbaat duidelijk zijn, maar ook de prijsopbouw moest transparant zijn.

Als kaartprijzen in onze industrie iets niet zijn, dan is het wel transparant. Je hoort publiek vaak genoeg over kaartprijzen, maar ze hebben geen flauw idee hoe de prijs is opgebouwd. Er wordt gesproken over hoe theaters subsidie slurpen, maar dat theaters ook flinke eigen inkomsten uit kaartprijzen halen, dat weten ze niet. Of dat auteursrechten ook opgenomen zijn in zo’n kaartje, totaal onbekend. En dat gratis drankje in de pauze? Daar is niets gratis aan.

Kaartprijzen worden in de regel als volgt opgebouwd:
Basisbedrag voor het gezelschap.
- Dit bedrag gaat naar de producent en daarvandaan worden alle medewerkers en alle kosten voor een voorstelling betaald. Dus niet alleen de persoon/personen op de bühne, maar ook alle technici, ontwerpers, creatieven, bureaumedewerkers, chauffeurs, het decor, de kostuums, de maaltijden, de kilometers, en ga zo maar verder.

Auteursrechten.
 - Dit bedrag is een percentage en hoe hoog dat percentage is, is afhankelijk van hoeveel beschermd materiaal erin zit. Het kan oplopen tot 10%.

Servicekosten.
- Theaters kunnen een toeslag op de kaartprijs leggen voor gebruik van de garderobe of een portemonnee-loze pauze. In de meeste gevallen is het één à twee euro.

Theatertoeslag.
- Theaters kunnen ook een toeslag op de kaartprijs leggen voor hun eigen kosten. Theaters zijn dure gebouwen met veel personeel en vanuit de overheid (lokaal, regionaal en nationaal) wordt steeds meer druk gelegd op eigen inkomsten. Omdat sommige theaters de servicekosten en de theatertoeslag niet specificeren, is het moeilijker hier een bedrag aan te plakken, maar soms kunnen toeslagen oplopen tot acht euro.

BTW.
- Uiteraard zit er ook een stukje BTW in theaterkaartprijzen. Cultuur valt onder het lage Btw-tarief, dus 9%.

De auteursrechten, servicekosten en theatertoeslag zijn dus flexibel, omdat er niet altijd sprake van is en de hoogte ook kan verschillen. Daarmee is dus aan de kassa niet duidelijk welk gedeelte van de kaartprijs uiteindelijk bij het gezelschap terecht komt.

Dit gebrek aan transparantie is onhandig, omdat prijs een sterk signaal geeft. Van een Rolex mag je kwaliteit verwachten. Dat weet je door het merk, door het materiaal, maar ook door de prijs. Van een T-shirtje van de Primark weet je dat het na een seizoen bij het oud textiel kan, wederom (mede) door de prijs.

Prijzen vertellen iets over materiaal, over de hoeveelheid arbeid die erin zit, over kwaliteit, over de tijd die nodig was voor de ontwikkeling van het product. We gebruiken prijzen als onderdeel van onze dagelijkse beslissingen. Hoe meer we weten over zo’n prijs, des te beter we beslissingen kunnen nemen.

Bovendien zorgt kennis voor meer begrip. Bijvoorbeeld wanneer een theaterkaartje dertig euro kost en er toch maar één persoon op de bühne staat. Er wordt niet maar één persoon betaald, er zit een hele sector achter. Een sector die heel conservatief is in het aanpassen van prijzen, omdat ze dénken dat het publiek er geen begrip voor zal hebben.

Begrip kan alleen ontstaan vanuit informatie. Het is tijd dat prijzen transparanter worden. Op een ticket zouden in de toekomst minimaal drie bedragen genoemd moeten worden:
1)  Kaartprijs - Bestaande uit het basisbedrag en de auteursrechten.
2) Thesatertoeslag - Bestaande uit eventueleservicetoeslag en theatertoeslag.
3) BTW

Daarna is het misschien ook eens tijd om de spotlight op alle mensen achter de schermen te richten. Want die ene artiest wordt gedragen door een heel team. Allemaal mensen die ook graag voor hun werk betaald willen worden, net als ieder ander. Want cultuur is toch echt gewoon een baan (maar wel de leukste ooit).