Tekst en beeld Andy Doornhein
In de media is het onderwerp weer naar de achtergrond verdwenen, de vierjaarlijkse toekenningen van de culturele subsidies. Voor de één zijn er tranen van geluk en voor de ander tranen van verdriet.
Hoe werkt dit systeem en wat zijn de gevolgen als je subsidie wordt ingetrokken.
Iedere vier jaar worden er weer nieuwe subsidies uitgegeven. Dus ook iedere vier jaar moeten cultuurmakers weer een aanvraag indienen en afwachten of ze wel of niet in aanmerking gaan komen.
Per subsidieperiode wordt er 497 miljoen euro beschikbaar gesteld. Dit lijkt een enorm bedrag, maar op de totale begroting van de overheid is dit geen enorme zware belasting. Uit een oud artikel, dus die prijzen zullen nu veel hoger zijn, kan een kilometer snelweg aanleggen snel 100 miljoen euro kosten. Dit om het beschikbare bedrag van 497 miljoen in een ander perspectief te zetten. Naast de rijkssubsidie zijn er ook nog lokale subsidies en diverse culturele fondsen. Voor cultuurmakers iedere vier jaar weer een enorme opgave om achter deze beschikbare gelden aan te gaan.
Nu is het woord SUBSIDIE in Nederland voor een grote groep mensen een vies woord, vooral in combinatie met het woord CULTUUR. Cultuur is voor een samenleving ontzettend belangrijk, dat vindt de overheid trouwens ook. Cultuur is, in mijn ogen, de basis voor een goede samenleving. Kunst stimuleert de geest en maakt het leven van de mens hier op aarde een stuk waardevoller. Uiteraard zijn er mensen die daar totaal anders over denken maar deze mensen beseffen vaak ook niet dat kunst in hun leven wel degelijk een belangrijke rol speelt.
Een grote groep mensen, voor mijn gevoel een steeds grotere groep, denkt dat culturele subsidies een soort van gratis geld is. In één van mijn gesprekken hierover werd zelfs de subsidie voor cultuur vergeleken met de regels voor een bedrijfsovername. De artiest hoeft alleen maar zijn hand op te houden en krijgt bakken met geld en de hardwerkende ondernemer wordt door de overheid aan alle kanten gepakt. Zo heb ik meerdere mensen gesproken die een vreemd beeld hebben van de mensen die afhankelijk zijn van culturele subsidies.
In het parool stond een fantastische uitleg hierover. Kunstenaar Tinkebel schreef een column met de titel “Subsidies verklaard voor de roeptoeters” Eigenlijk stelt ze hierin dat het woord subsidie niet goed is. Net zoals steun voor Schiphol, het aanleggen van wegen etc. is het investeren in cultuur een openbare aanbesteding vanuit de overheid. Immers een culturele instelling moet wel wat doen voor de gemeenschap met het verkregen geld.
Als je op deze manier naar culturele subsidies kijkt heeft het een compleet andere lading gekregen. Subsidies worden betaald uit de belastingspot, die wij met zijn allen vullen. Ook niet iedere Nederlandse burger heeft profijt van het steunen van bijvoorbeeld Schiphol. Maar goed ook ik zit hier op mijn manier te roeptoeteren en mijn eigen gevoel op te schrijven.
De overheid heeft voor het verkrijgen van een subsidie regels opgesteld die iedere vier jaar weer bijgeschaafd worden. De Raad van Cultuur toetst de aanvraag op deze regels en zal dan een positief of negatief advies aan de regering geven. Dit lijkt mij bijna al een onmogelijke taak. Want hoe schakel je bijvoorbeeld persoonlijke voorkeur uit? Oké er is voor dit systeem gekozen en daar hebben de makers het maar mee te doen.
Helaas is het zo dat er in ons land wel ieder jaar meer aanvragen negatief beoordeeld worden dan positief. Dat kan ook niet anders want er is geen onbeperkte geldstroom beschikbaar. Op is dus ook echt op en dan heb je over vier jaar weer eens kans.
Om een idee te geven wat de gevolgen zijn van een gebrek aan subsidie, sprak ik met Robin Elstak, theatermaker en oprichter van Toneelgroep De Klassieken.
Dit jaar heeft Robin de zware beslissing moeten nemen om te stoppen met Tg de Klassieken. Eenvoudig weg omdat er geen geld meer is. Voor mij kwam dit als een complete verrassing maar voor Robin niet echt.
Het begon eigenlijk al in de corona periode. In die periode heeft zij de groep in leven kunnen houden zonder overheidssteun. Niet kijken wat er allemaal niet meer kan maar opzoek gaan naar wat er nog wel mogelijk is. Alle medewerkers heeft ze gelukkig in die twee jaar aan het werk weten te houden en hebben ze zelfs tien producties gemaakt zowel live als online. Maar die coronasubsidies waren bij lange na niet genoeg om alle kosten te kunnen betalen, dus langzaam maar zeker raakte het potje van de stichting leger en leger. De eenmalige compensatie van de overheid, die ze na de coronaperiode ontvingen ging naar de makers, acteurs en andere medewerkers, zoals dat ook bedoeld was. Van de Gemeente Rotterdam hadden ze juist 0,0 steun ontvangen. Uiteindelijk was onze kas gewoon leeg.
Tg de Klassieken is zoals velen niet structureel gesubsidieerd, Dus voor ieder project moet weer een nieuwe subsidie worden aangevraagd. Die aanvragen werden door het Fonds Podiumkunsten altijd positief gehonoreerd. Maar daar was dan weer geen geld beschikbaar meer. De Gemeente Rotterdam vond dus dat de culturele bijdrage van Tg de Klassieken enorm belangrijk was voor de regio. Precies je leest het goed, was, want ondanks een dit was er bijvoorbeeld voor de voorstelling LOS! geen geld beschikbaar, het potje van de Gemeente Rotterdam was leeg. Via Crowdfunding en toch nog ergens anders wat geld weten los te peuteren hebben we LOS! nog weten te maken. Voor één keer kregen we ook nog subsidie om project Wonderland te doen en daarna ging de kraan dicht.
Inmiddels gaan alle kosten door en die gaan absoluut niet naar beneden. Dan komt het moment dat het duidelijk is, in dit culturele landschap kan deze theatergroep niet meer blijven bestaan.
Om dan commercieel te gaan is gewoon geen optie. De visie van Robin past daar totaal niet in. Tg de Klassieken maakt juist voorstellingen voor een jongerendoelgroep die niet vanzelf vaak te zien is in het theater. Als je commerciële voorstellingen gaat maken dan sluit je heel veel mensen ook uit en dat wil zij juist niet. Theater maken voor jeugd en jongeren die vanuit zichzelf niet met theater in aanraking komen dat is waarvoor Tg de Klassieken theater maakt.
In mei van dit jaar zag ik daar een mooi voorbeeld van. De voorstelling Atalanta is toen in het Nieuwe Luxor Theater in Rotterdam gespeeld voor jongeren en jong volwassenen die speciale aandacht en of verzorging nodig hebben vanwege hun lichamelijke en of geestelijke beperking. Al tien jaar wordt dit door De Klassieken georganiseerd onder de naam Wonderland ( voorheen Het Witte Bedjesfeest) Een feest om te zien hoe deze groep mensen, waar theaterbezoek niet vanzelfsprekend voor is, hebben genoten van deze voorstelling. Gesubsidieerd door de Gemeente Rotterdam en gedragen door een grote groep vrijwilligers. Ook het Nieuwe Luxor Theater heeft er voor gezorgd dat dit mogelijk was. Helaas was deze voorstelling de laatste want ook voor dit project is er geen geld meer.
Jammer voor al die mensen die al een culturele achterstand hebben.
Het aanvragen van subsidies is een ingewikkelde, tijdrovende en energie slurpende bezigheid. Zorgt voor slapeloze nachten en veroorzaakt heel veel frustraties. De hartverwarmende reacties van hun theaterbezoekers zorgen er altijd weer voor om door te gaan en helaas daar is nu, voor dit moment, een einde aangekomen . Het allerergste vindt Robin dat het niet aan de boekingen ligt. De theaters en scholen blijven maar komen met aanvragen. We moeten hen nu teleurstellen, omdat er geen geld meer is om te maken of überhaupt te blijven bestaan, corona heeft al het geld van de stichting opgemaakt.”
Robin gaat wel proberen om deze familievoorstelling, Atalanta, het theater in te krijgen. Ze moet dan toch maar een beetje meer commerciëler gaan worden. De hoofdprijs vragen voor een kaartje dat zal het zeker niet gaan worden. Impresariaat George Visser gaat de voorstelling in ieder geval in haar aanbod opnemen voor het seizoen 2025-2026.
Zo zal door het intrekken van subsidie gelden een grote groep mensen niet makkelijk meer naar het theater kunnen gaan, zullen risicovollere theaterproducties niet gemaakt gaan worden en zal de cultuur in Nederland weer wat schraler gaan worden. Een vooruitzicht die voor de toekomst er niet rooskleuriger uit gaat zien.
Cultuur in welke vorm dan ook is het fundament van een samenleving. Zonder cultuur is er geen beschaving.